Flint

In de wei staat een koe. Er staat ook een paal in de wie. Op de paal staat een duif roept de duif: roe-koe! roe-koe! roept de koe: roe-duif! roe-duif!.

Mam, koop je een keer ijs. Nee. aa, toe nou. Nee. ik weet al wat je dan zegt. wat dan?. boe!!!.

Twee oenen zijn buiten. Een oen zegt: "wat doe jij|?" "Ik baal van die mug. Maar ik weet al wat. Ik jaag hem de boom in. En dan haal ik de ladder weg!"

Jut zit in de kar. Jul loopt op de weg. zegt Jul: "de kar piept. doe er wat aan!" zegt Jut: "wat zeg je? ik versta je niet. de kar piept."

Donald en Goofy zijn aan het kamperen. Toen kwam er een panter.